alert!'NSB-liederen kun je vergelijken met clubliederen'

Redactie Alert!

Onlangs verscheen het boek 'Zo zong de NSB, liedcultuur van de NSB 1931-1945', inclusief een cd met 25 authentieke NSB- en naziliederen. Schrijver van deze studie is de Haarlemse onderzoeksjournalist Gerard Groeneveld (51). Alert! heeft in het verleden al vaker aandacht besteed aan de rol van muziek en liedcultuur in de huidige extreemrechtse beweging, terwijl de functie van muziek uit het verleden onderbelicht is gebleven. Het boek van Groeneveld bood goede aanknopingspunten. Tijd om de docent Nederlands eens aan de tand te voelen.

  Zo zong de NSB  
Wat is het doel van strijdliederen?

"Strijdliederen zijn bedoeld voor de politieke strijd. Of je nou van rechts of links komt. Het doel blijft hetzelfde en dat is namelijk om mensen te motiveren om iets in gang te zetten. Via het lied moesten mensen warm gemaakt worden voor de politieke idealen. Het diende als propagandamiddel. Een andere gemeenschappelijke deler is de samenzang die de onderlinge band versterkt. Dergelijke samenhang zie je bijvoorbeeld ook bij clubliederen in het voetbal. NSB-liederen zou je kunnen omschrijven als 'clubliederen'. Uiteraard wijkt de inhoud van fascistische liederen uit het buitenland onderling sterk af."

Bij het lezen van je boek valt op dat je jouw studie hebt beperkt tot Duitse en Nederlandse fascistische liederen. Waarom heb je geen Roemeense, Kroatische of Spaanse fascistische liederen onderzocht?

Het boek 'Zo zong de NSB' bevat een cd met authentieke opnames van de NSB. De laatste drie nummers zijn echter Duitse nummers. Wat was de reden om deze nummers op de cd te zetten?

Kaft van Duitse nationaalsocialistische zangbundel uit 1934
  Zo zong de NSB  
In het hoofdstuk over het lied Lili Marleen mis ik een beschrijving van de Finse versie, Lisa Pien. Deze versie werd vooral gezongen door de Finse SS. Er bestaat een cassettes waarop liederen staan die gezongen werden door deze Finse SS-divisie. Waarom besteed je daar geen aandacht aan?

"Het nummer Lili Marleen is razend populair geweest en is dat nog steeds. Er bestaan vele versies van het lied. Wat ik interessant vind is dat een Duitse schlager door alle strijdende troepen werd geadoreerd, alsof het een nummer van henzelf was. Daarbij weet ik ook niet alles. Indien ik het in mijn studie was tegengekomen, en ik had daar een bron voor, dan had ik er waarschijnlijk wel enkele regels aan besteed. Het nummer is absoluut geen SS-lied, ondanks dat het door de Finse SS-divisie is gebruikt of misbruikt. Het Wilhelmus is ook geen SS-lied, maar de melodie van het Wilhelmus is wel gebruikt voor een SS-nummer."

Bij het lezen van je boek kom ik tot de conclusie dat het mobiliserende effect van het lied bij de NSB gefaald heeft, dit in tegenstelling tot hoe het ging in Duitsland. Hoe komt dat?

"Voor de oorlog kreeg de NSB te maken met een uniformverbod, dat betekende dat de NSB zich niet meer openlijk in uniform op straat mocht begeven en daardoor konden ze zich niet meer manifesteren. Andere wegen moesten worden gezocht om de propaganda alsnog te verspreiden. Waar werd dan wel gezongen? Ze zongen bijvoorbeeld op massale bijeenkomsten en vergaderingen met een besloten karakter. Duitsland kende geen uniformverbod. Zo trok bijvoorbeeld een SA-groep met uniform en al zingend door de provincie. Deze groep had een aantrekkingskracht op mensen. De nieuwe orde marcheert en mensen vonden dat mooi om te zien. In Nederland werkte dat dus niet omdat de NSB binnen moest blijven. Bij het uitbreken van de oorlog kreeg de NSB al snel het stigma landverrader opgeplakt en daar kon men niet tegenop zingen. Beide factoren hebben ervoor gezorgd dat de liedcultuur binnen de NSB geen rol van betekenis heeft gespeeld."

Wanneer ik al jouw publicaties op een rijtje zet, dan valt me op dat je hele specifieke onderwerpen behandeld. De Keurkamer, Kriegsberichter, Zo zong de NSB etc... Hoe kom je tot dit soort onderwerpen?

"Mijn eerste onderwerp ging over De Nederlandse Keurkamer, een uitgeverij die Mein Kampf heeft uitgegeven. Via mijn studie Nederlands kwam ik bij dit onderwerp terecht. Er bleek een heel archief te zijn van deze uitgeverij waar nog nooit iemand iets mee had gedaan. Ik wilde daar wat mee doen en heb mijn eindscriptie daarover gemaakt. Vervolgens heb ik het in een boekversie uitgegeven. Dat is het begin geweest en als je je daarin gaat verdiepen, dan vertakt dat zich snel. Zo kwam ik via het onderwerp over de Keurkamer terecht op schrijvers die in Duitse dienst oorlogsverslaggever zijn geweest aan het front. Er was nog nooit iemand geweest die naar dit onderwerp heeft gekeken en daar ging ik weer... Van het een komt het ander."

Waar komt de interesse vandaan?

"Ik heb altijd al belangstelling gehad voor geschiedenis. Ik groeide op in een tijd dat haat tegen Duitsers alom aanwezig was. Mijn ouders vertelden over de oorlog en dat is natuurlijk een stukje eigen geschiedenis waardoor mijn interesse in die periode is toegenomen. Bij mij is het op mijn pad gekomen door mijn studie Nederlands en ik heb me daardoor in de Tweede Wereldoorlog gespecialiseerd. Ik vind het prettig om onbetreden paden te belopen. Loe de Jong heeft een hele encyclopedie geschreven over de oorlog, maar in zijn werk zijn een hoop zaken onderbelicht gebleven. Ik probeer onderwerpen aan te dragen waar nog niet naar gekeken is, die erg interessant zijn en die het beeld over de oorlog completer maakt."

Je schrijfstijl is neutraal, zonder vermenging van een mening.

"Ik sta neutraal in mijn onderzoek. Ik heb natuurlijk wel een mening over het nazisme, maar voor mijn boek is dat niet interessant. De geschiedschrijving over de oorlog ging altijd vanuit het gezichtspunt dat je als schrijver wel aan de goede kant moest staan. Toen ik begonnen ben met geschiedschrijving over de oorlog, heb ik mijn oordeel losgelaten. Misschien dat iemand tussen de regels door wel kan lezen waar ik sta, maar ik schrijf nooit in een veroordelende zin."

Ben je dan niet bang dat je juist vanwege deze neutraliteit in een bepaalde hoek wordt gedrukt?

"Mijn schrijfstijl is neutraal. Maar men kan mij nooit betrappen op het feit dat ik pro-nazistisch zou zijn. Dat verwijt heb ik nog nooit gekregen en dat kan ook niet, want ik schrijf neutraal. Ik schrijf over de collaboratie zonder te schrijven dat het fout is. Het is geschiedschrijving zonder een ethisch oordeel. Ik wil gewoon de geschiedenis beschrijven, alsof ik over de Romeinen zou schrijven."

Op het nazistische internetforum Stormfront wordt jouw boek goed ontvangen. Wat vind je daarvan?

"Het is een van de eerste vragen die mij in eerdere interviews is gesteld. Toen ik de plannen had voor dit boek, wist ik ook meteen van hoe ik dat zou willen aanpakken. Ik heb altijd boeken gemaakt, niet alleen met tekst maar ook met beeld. De middelen maken dat tegenwoordig mogelijk en ik vond dat eigenlijk niet meer dan logisch. Als je over strijdliederen praat, dan kun je er wel over schrijven maar je krijgt geen idee hoe dat geklonken heeft. Een cd geeft zo'n andere dimensie aan je verhaal, het is een soort van akoestische illustratie. Zo heb ik dat gezien. Dat daar enthousiast op wordt gereageerd in extreemrechtse kringen, daar voel ik me niet verantwoordelijk voor. Ik denk zelf persoonlijk dat je je na het luisteren van deze cd niet direct laat inschrijven als abonnee van bijvoorbeeld Stormfront. Je krijgt wel een goed idee hoe dat destijds geklonken heeft. Mensen die de tijd hebben meegemaakt zullen er met nostalgie naar luisteren. Iedereen heeft zijn persoonlijke voorkeur of wijze waarop hij naar muziek luistert. Muziek is emotie. Het is niet mijn bedoeling geweest om de emoties van extreemrechtse groeperingen een impuls te geven."

Rol van muziek toen en nu
Muziek in de vooroorlogse periode en ten tijde van de oorlog had verschillende functies. Het diende bijvoorbeeld als propagandamiddel om de politieke boodschap te verspreiden. Al zingend trokken SA-leden door de provincie om propaganda te maken voor het Derde Rijk. Het gezang, dat gepaard ging met uniformen, vlaggen en vaandels, had een aanzuigende werking. De radio bestond nog niet en om mensen kennis te laten maken met de 'Nieuwe Orde' trokken groepen SA-mannen of Hitler Jugend al zingend het land in. Het gezang diende als uiting van de nieuwe tijd die zou aanbreken.'Wenn deutsche Soldaten marschieren, dann halt sie kein Teufel mehr auf, Dann fallen die Wurfel des Krieges, dann steigt mit den Fahnen des Sieges die Weltenwende herauf' (uit het lied Auf den Strassend es Sieges). Zang had niet alleen een propagandistische waarde, het zorgde ook voor verbroedering en uiting van solidariteit. Horst Wessel begreep al snel het belang van muziek en de liedcultuur als bron voor politieke strijd. Wessel werd bekend door zijn lied 'Die Fahne hoch', waarin de nieuwe tijd die komen zou werd bezongen. De nationaal-socialistische liedcultuur van vroeger stond in dienst van de heersende cultuur.

Op 24 februari 2007 demonstreerde de Nederlandse Volks-Unie in Doetinchem. Tijdens de demonstratie zongen de neo-nazi's het 'Horst Wessel'-lied. De politie greep niet in. Wie heden ten dage nog denkt dat het zingen van het lied propagandistische waarde heeft slaat de plank behoorlijk mis. Slechts weinigen kennen de tekst van het lied en daarbij is de context waarin het lied nu wordt gezongen volledig veranderd. Een lied moet een link leggen met het hier en nu en indien die link ontbreekt dan vervalt de propagandistische waarde voor de buitenwereld. Het lijkt op preken voor eigen parochie. Hetzelfde kan gezegd worden over de hedendaagse extreemrechtse muziek. Ondanks dat internet bijdraagt aan een grote verspreiding van extreemrechtse propaganda, blijft de neonazi-muziek hangen in een subcultuur. De reeds bestaande rechtsextremistische bands spelen voornamelijk voor eigen publiek, zoals de NSB dat ook heeft gedaan. Concerten worden clandestien georganiseerd. Het geheel is omgeven met mystificatie en subculturele uitingen. Als de bands iets zouden willen bereiken, dan dienen ze de subcultuur te overstijgen om nieuwe luisteraars aan te boren. Extreemrechtse muziek is overigens allang geen voorrecht meer van de neonazistische skinhead-scene. Sinds enige jaren verspreidt het extreemrechtse gedachtegoed zich ook via andere subculturen zoals Metal, Gothic, Punk, Hardcore en Gabber. De rol van extreemrechtse muziek is veranderd. Had muziek vroeger een propagandistische waarde en stond het in het teken van de heersende cultuur, tegenwoordig dient het meer als vermaak. Muziek is onderdeel geworden van een levensstijl, waar de enige parallel met vroeger de versterkende functie van het 'wij-gevoel' is.


Boekbespreking: 'Zo zong de NSB'
In maart 2007 verscheen het boek 'Zo zong de NSB, Liedcultuur van de NSB 1931-1945' van onderzoeksjournalist Gerard Groeneveld bij uitgeverij Vantilt. Bij het boek is ook een cd verschenen met opnames uit de vooroorlogse periode tot en met 1945. Groeneveld richt zich in zijn studie op de rol van de liedcultuur in Nederland en Duitsland. Om de rol van liederen van de NSB beter te begrijpen, start het boek met een geschiedenis van de Duitse nazistische liedcultuur. Diverse liederen komen aan bod, zoals het Horst Wessel-lied van SA-man Horst Wessel. Ook het bekende lied 'Lili Marleen' ontbreekt niet in de beschrijving. Het unieke aan dit nummer is dat het door zowel nazi's als geallieerden werd gezongen. 'Lili Marleen' blijkt heden ten dage nog steeds populair te zijn. Zang gaf de Duitsers moed, verbroederde en stampte propagandaleuzen erin. Zo werden speciaal liederen gecomponeerd om een aanval op bijvoorbeeld Polen of Frankrijk te rechtvaardigen. In de propaganda-machine van Goebbels werd alles van a tot z voorbereid. Tijdens de Tweede Wereldoorlog galmden overal in bezet Europa Duitse marsliederen. De Nederlandse liedcultuur van de NSB stamt grotendeels af van de Duitse. Liedjes van de nazi's werden door de NSB gekopieerd en voorzien van een Nederlandse tekst. Maar het succes waarmee de Duitsers hun marsliederen zongen bleef in Nederland uit. Aanhangers van de NSB hadden het moeilijk en konden hun zangcultuur niet makkelijk verspreiden. De NSB kreeg te maken met een uniformverbod, waardoor de NSB-leden niet meer in uniform op straat mochten verschijnen. Het maken van propaganda werd daardoor bemoeilijkt. Ook blijken de meeste NSB-leden niet erg gemotiveerd om het repertoire van de NSB te reproduceren. Op zangavonden in het land konden enkelen wel meezingen, maar de meeste kenden slechts enkele coupletten. Daarnaast kreeg de NSB het moeilijk bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, want de leden van de partij werden al snel als landverraders weggezet en daar viel eenvoudigweg niet tegenop te zingen. Teksten illustreren het verhaal achter de liedcultuur, soms wordt de hele tekst afgedrukt, soms enkele flarden. Ondanks dat belangrijke gebeurtenissen en personen in het boek worden uitgelegd, vereist het boek toch enige voorkennis over de NSB. Auteur Groeneveld valt op door zijn specialistische onderwerpen, zijn prettige manier van schrijven en zijn gedegen onderzoek. Dit boek past perfect in het stramien van Groenevelds eerder uitgaves en is een aanrader voor mensen die meer willen weten over de geschiedenis en de propagandamethodes van bijvoorbeeld de NSB.

Redactie Alert!

Selectieve publicatielijst Gerard Groeneveld

Heinz in Holland, Duitse amateurfoto's van de bezettingstijd, Vantilt, 2007

Zo zong de NSB, Liedcultuur van de NSB 1931-1945, Vantilt, 2007

Wij rijpen tot een weerbaar volk, De Amsterdamsche Keurkamer, in: Hans Renders, Lisa Kuitert, Ernst Bruinsma (red.), Inktpatronen, De Tweede Wereldoorlog en het boekbedrijf in Nederland en Vlaanderen, De Bezige Bij, 2006, pp 137-157

Kriegsberichter, Nederlandse SS-oorlogsverslaggevers, 1941-1945, Vantilt, 2004

Zwaard van de geest, Het bruine boek in Nederland 1921-1945, Vantilt, 2001

Het boek is nooit thuis, Adolf Hitlers 'Mein Kampf' in Nederland, in: De Parelduiker, jaargang. 4 (1999), nummer 4, pp. 2-17, 1999

Boek moet volk nieuwe weg wijzen, Nationaal-socialistische boekhandel Het Bolwerk voorheen De Driehoek, in: De boekenwereld, jaargang 12 (1995-1996), nummer 1 (okt 1995), pp. 2-13, 1995

'Het boek mag niet leiden tot ontaarding van den volksgeest', Boekencensuur in Nederland tijdens de bezetting 1940-1945, in: Jaarboek voor Nederlandse boekgeschiedenis, jaargang 2 (1995), pp. 125-151, 216-217, 1995

De eerste jaren van uitgever? De Amsterdamse Keurkamer, in: De boekenwereld, jaargang 8 (1991-1992), nummer 3 (feb 1992), pp. 102-116, 1992

Jo van Ham (1892-1985), Censor van de Nieuwe Orde, in: Nieuw letterkundig magazijn, nummer 10 (1992), afl. 2 (dec), pp. 30-34, 1992

Nieuwe boeken voor den nieuwen tijd, Uitgeverij De Amsterdamsche Keurkamer 1932-1944, Sdu Uitgeverij, 1992

Reynaert en het jodenbeest, Propaganda van den gezonden lach, samen met Egbert Barten, in: Volkskrant, 25 mei 1991

Steven Barends, Querulant in fascistisch letterland, Flanor, 1988

terug naar inhoud