Geschiedenis extreemrechts Duitsland

Wouter Hiemstra

Samenwerkingsverbanden en persoonlijke contacten tussen Nederlandse en Duitse neonazi's bestaan al vele jaren. Het lijkt er echter op dat Nederlandse neonazi's zich in toenemende mate laten inspireren door hun Duitse collega's door tactieken en verschijningsvormen over te nemen. Daarom in dit en komende nummers van Alert! aandacht voor de situatie in Duitsland en de overeenkomsten met Nederland. Te beginnen met een analyse van de stand van zaken in Duitsland.

In Duitsland is extreemrechts al jarenlang onverminderd actief. Sinds 1990 zijn er meer dan 100 migranten, andersdenkenden en politieke tegenstanders vermoord, duizenden verwond en het geweld neemt alleen maar toe. Bij verkiezingen in 2006 behaalde de extreemrechtse NPD 7,3 % van de stemmen in de (oost) Duitse deelstaat Mecklenburg-Vorpommern en in geheel Duitsland zijn ruim 200 neonazi-groepen actief. Deze groepen weten in toenemende mate aansluiting te vinden bij bestaande jeugdculturen; met name in het oosten van Duitsland is extreemrechts 'in' onder jongeren. Elk weekend vinden er (soms meerdere) demonstraties plaats, in toenemende mate ook bezocht door Nederlandse neonazi's.
Na de Tweede Wereldoorlog heeft Duitsland (BRD) meerdere oplevingen van extreemrechts gekend. In de eerste jaren na de oorlog worden er pogingen ondernomen om nationaal-socialistische partijen te vormen, naar het voorbeeld van Hitlers Nationalsozialistische Deutsche Arbeiterpartei (NSDAP). Dit liep echter stuk op verbodsbepalingen, met name omdat de NSDAP zelf ook verboden was. De aanhang van de diverse partijen bestaat grotendeels uit voormalig NSDAP-leden, ex-SS'ers, vluchtelingen uit voormalig Duitse gebieden in het oosten, etc. Wat hen samenbrengt is gevoelens van rancune over de afloop van de oorlog en het terugverlangen naar 'de goede oude tijd'. Eenheid is echter ver te zoeken en een bestaan in de marge lijkt het enige dat overblijft.

NPD
In een poging om de radicalen en de gematigden binnen de partij te houden wordt Aktion Widerstand opgericht; een poging om een brede buitenparlementaire oppositie op te zetten. Speerpunt hierbij is de zogenaamde 'Ostpolitik' van de regering; het streven naar verbetering van de relatie met Oostbloklanden, waaronder de DDR. Hierbij worden de grenzen van de BRD en de DDR vastgelegd, en is het herstel van de grenzen van het 'Duitse Rijk', zoals de neonazi's willen, uitgesloten. Als de acties gewelddadig worden en militante neonazi's de boventoon gaan voeren, stapt de NPD uit het verbond en houdt Aktion Widerstand snel op te bestaan. De interne tegenstellingen binnen de NPD komen daarmee aan de oppervlakte en de partij loopt leeg.
In de jaren zeventig leidt de partij een marginaal bestaan en weet slechts sporadisch lokaal enkele zetels te bemachtigen. Met de opkomst van de partijen Die Republikaner (REP) en de Deutsche Volksunion (DVU) in de jaren tachtig op extreemrechtse zijde, lijkt het lot van de NPD bezegeld. Als begin jaren negentig grote groepen (jonge) neonazi's hun toevlucht in de NPD en haar jongerenorganisatie Jungen Nationaldemokraten (JN) zoeken en vinden, maakt de partij een sterke interne opleving door. Daarmee is tevens een radicaliseringsproces in gang gezet, dat zich vanuit de JN naar de NPD voltrekt.

Militante neonazi's
Als begin jaren negentig diverse neonazi-groeperingen en -partijen worden verboden, waaronder GdNF-groepen en -partijen, neemt ook de betekenis van het GdNF zelf af; het wordt duidelijk dat ook dit concept niet langer een bescherming biedt tegen (haast onvermijdelijke) verboden.
In deze periode ontstaan er twee tendensen binnen neonazistische kringen in Duitsland. Een deel van de neonazi's zoekt zijn heil binnen de NPD, en dan met name binnen haar jongerenorganisatie JN. Openlijk nationaal-socialisme is hier niet mogelijk, maar de structuur van de NPD/JN biedt bescherming tegen een mogelijk verbod; zij is immers een legale, reeds lang bestaande, partij.
Een ander deel van de neonazi's wil de bestaande structuren niet opgeven, maar ziet tegelijkertijd in dat een centraal aangestuurde beweging te kwetsbaar is voor een verbod. Men kiest daarom voor een nieuw strategisch concept, dat tegelijkertijd het begin van een brede moderniseringsgolf inluidt. Dit nieuwe concept, en de daarbij behorende vernieuwing, is tot op de dag van vandaag bijzonder effectief.

  'PDS Verbieten'  
Freie Kameradschaften
Men besluit om voort te bouwen op de structuren en kaders van het GdNF en diverse groepen op te zetten, die in grote mate zelfstandig opereren. Deze groepen worden Freie Kameradschaften genoemd. Er is geen centrale organisatie of partij die de afzonderlijke Freie Kameradschaften aanstuurt, maar er is wel sprake van een ervaren kader (dat deels reeds in de jaren tachtig in de ANS/NA actief was), dat opbouw- en scholingsactiviteiten verzorgt. Daarnaast zijn de onderlinge contacten, die veelal langs persoonlijke lijnen lopen, veelvuldig en hecht. Ook is er sprake van een duidelijke taakverdeling onder de verschillende groepen. Bovendien zijn er overkoepelende Kameradschaften die in de loop der tijd een centrale plek hebben ingenomen in een bepaalde regio. De structuur van de Freie Kameradschaften kan daardoor misschien nog wel het beste worden omschreven als een hecht netwerk van zelfstandige groepen.

Modernisering
De vorming van Freie Kameradschaften kan als effectief antwoord worden gezien op de verbodsgolf uit de jaren negentig. Het ontbreken van een sturend centrum is opgevangen door een ervaren kader, het gebruik van moderne communicatiemiddelen en intensieve (persoonlijke) contacten. Daarnaast spreekt het informele karakter en de combinatie van muziek (rechtsrock), sociale contacten en politieke acties veel jongeren aan. Met name in het oosten van Duitsland wint de extreemrechtse levensstijl aan populariteit. Door de relatieve zelfstandigheid van de afzonderlijke groepen is een sterke heterogeniteit ontstaan in de Kameradschaften; het beeld van de typische naziskin is allang niet meer dominant aanwezig. Het proces van het integreren van verschillende jeugdculturen in het netwerk van Kameradschaften is in een stroomversnelling geraakt.

Samenwerking De Freie Kameradschaften zien zichzelf over het algemeen als vrije nationalisten die onderdeel zijn van het nationale verzet. In deze terminologie komt de nadrukkelijke wens tot samenwerking en verbreding tot uiting. Enerzijds blijft hiermee het heterogene kader van de verschillende Kameradschaften gewaarborgd en daarmee de aansluiting van verschillende jeugdculturen met het neonazi-netwerk. Daarnaast wordt samenwerking met andere (rechtse en conservatieve) groepen en organisaties nagestreefd om zodoende een brede beweging op te bouwen; het zogenaamde nationale verzet. Met name in het oosten van Duitsland lukt het neonazi's in toenemende mate om acceptatie bij, en aansluiting met, de lokale bevolking te vinden. Een deel van de actievormen en de 'uitstraling' is hier specifiek op gericht en werpt haar vruchten af.
Een belangrijke partner van de Freie Kameradschaften in het nationale verzet is de NPD/JN; de twee zijn de afgelopen jaren steeds verder naar elkaar toe gegroeid. Met name de door de NPD georganiseerde demonstraties tegen de Wehrmacht-tentoonstellingen, waarin misdaden van de Wehrmacht in WO2 werden uitgelicht, heeft de partij veel krediet opgeleverd. Op deze demonstraties nemen vanaf 1997 tot 5000 personen uit het extreemrechtse milieu deel, waaronder veel leden van Kameradschaften. Tijdens de poging van justitie om de NPD te verbieden (2001-2003) neemt de afstand tussen de NPD en de Freie Kameradschaften toe; de Kameradschaften willen niet in een eventueel verbod meegesleurd worden. Als het verbod stuk loopt, neemt ook de samenwerking weer toe.
Eind 2004 wordt samenwerking met de Freie Kameradschaften onderdeel van de strategie van de NPD. De NPD kan de Kameradschaften goed gebruiken voor allerlei hand- en spandiensten en voor de ondersteuning van acties en demonstraties. Daar staat tegenover dat prominente neonazi's uit de Freie Kameradschaften op de kieslijsten van de NPD komen; de samenwerking wordt steeds inniger. Daarnaast gaat de NPD begin 2005 een zogenaamd Deutschlandpakt aan met de DVU; men komt overeen om bij verkiezingen samen te werken. Zo is er een breed samenwerkingsverband ontstaan op de extreemrechtse zijde.

Geraadpleegde literatuur:
Der Streit ums Erbe, Die Nachfolgestrukturen von Blood & Honour, IN: Antifaschistisches Infoblatt, Nr. 71 voorjaar 2006
Die NPD im 21. Jahrhundert, Eine analyse ihrer aktuellen Situation, ihrer Erfolgsbedingungen und Aussichten, Brandstetter, Marc, Marburg: Tectum, 2006
...en morgen de hele wereld?, Het Aktiefront Nationale Socialisten, Karel ten Haaf, Amsterdam: FOK, 1992
Freie Kameradschaften, Hannover: Antifa 3000, 2002

Verbod NPD
Wanneer de Duitse regering in 2001 aan justitie vraagt om een verbodsprocedure te beginnen, lijkt het einde van de NPD onvermijdelijk. De zaak loopt echter vast als blijkt dat er binnen de NPD een groot aantal informanten voor de veiligheidsdienst actief is. Een deel van de activiteiten, uitspraken, publicaties etc. waarop het verbod gebaseerd is, is aan hen toe te schrijven. Daarmee is een juridisch probleem ontstaan omdat de rol van de veiligheidsdienst binnen de NPD groot blijkt te zijn. Een deel van de rechters ziet de zaak niet meer zitten en de procedure wordt in 2003 gestaakt; een enorme blamage. Inmiddels is een campagne gestart om de NPD alsnog verboden te krijgen; onder www.npd-verbot-jetzt.de zijn al ruim 100.000 handtekeningen verzameld.

(uit: Alert!, nummer 3, september / november 2007. Alert! is een uitgave van de Anti-Fascistische Actie Nederland - AFA)