fels!

'Verwacht geen ander antwoord dan het jouwe' (B. Brecht)

Een poging tot antwoord op Heinz Schenk's De autonomen maken geen fouten. Ze zijn de fout!!

Hoewel Heinz Schenk's kritiek op de autonome beweging nogal vernietigend is, heeft zijn stuk toch tamelijk veel instemming gekregen. Klaarblijkelijk is wat hij heeft gezegd voor veel autonomen uit het hart gegrepen. Veel van zijn kritiekpunten mogen kwaadaardig zijn, of oppervlakkig, maar een hele serie heeft toch ook vrij precies doel getroffen. We kunnen immers nauwelijks bestrijden:

- dat de relaties die we met elkaar onderhouden gekenmerkt worden door hardheid, vrijblijvendheid en desinteresse,
- dat er nauwelijks enig bewustzijn bestaat van het feit dat we onze eigen geschiedenis moeten vastleggen en ervaringen moeten doorgeven; dit wordt daarom ook in het geheel niet systematisch aangepakt.
- dat door de manier waarop we elkaar (en onszelf) met onze pretenties om de oren slaan onze talenten niet toenemen, maar slechts onze angsten en schuldgevoelens, - dat we een afstandelijke, vaak vrij willekeurige en daardoor instrumentele verhouding tot mensen hebben waarop we ons richten; de mensen dus die we proberen te mobiliseren of tegen iets op trachten te zetten.
Terecht wijst Heinz Schenk erop dat de ongeorganiseerdheid, die wij als politieke inhoud verdedigen, vanwege de vorm waarin zij zich manifesteert zeer goed past in de structuur van de moderne industriële samenleving (uiteenvallen van alle samenlevingsverbanden, individueel strijdersdom als heersende ideologie - de 'postfordistische' maatschappij). Als zodanig kan zij daarom geen explosieve kracht tegen het systeem meer zijn of ontwikkelen.

Subjectivisme
In zijn kritiek komt Heinz steeds weer terug op het 'principe', wat hij als oorzaak ziet voor het gegeven dat de autonomen niet alleen fouten MAKEN, maar juist de fout ZIJN: het subjectivisme.
Heinz geeft niet echt duidelijk aan, hoe hij dit begrip precies opvat. Ik heb het gevoel dat hij op dit begrip alles projecteert wat hij in de autonome structuren zèlf als kwetsend, frustrerend en verwarrend heeft ervaren. De enige definitie die ik in de tekst heb gevonden is deze:

'...voluntaristisch subjectivisme, dat betekent dat de revolutie plaatsvindt als de mensen het willen.'

Dat ligt natuurlijk voor de hand; met deze definitie kunnen we dus niet veel beginnen. Omdat Heinz in zijn tekst dat 'subjectivisme' aldoor als motivering van zijn kritiek gebruikt, heb ik maar eens opgezocht wat de definities van dat begrip zoal zijn:

'De leer, dat vorm en inhoud van het waarnemen door het subject worden bepaald (...) op het ethische gebied relativeert het subjectivisme alle zedelijke waarden, die niet algemeen geldig zijn, maar bepaald zijn door het persoonlijke subjectieve gevoel van het individu.' (DTV-lexikon)

'De opvatting, dat bij de beoordeling van willekeurige feiten hun relatie tot het abstract opgevatte menselijke subject, ongeveer in de vorm van een abstracte nuttigheid voor de mensen, het primaire gezichtspunt zou moeten zijn (dit subjectivisme komt bijvoorbeeld in de industriëel ontwikkelde kapitalistische landen tot uitdrukking in de vorm van een bekrompen egoïsme en een beperkte, vulgaire consumentenideologie).' (G. Klaus, Philosophisches Wörterbuch, DDR)

'Opvatting waarbij het subject (het ik) het primair gegevene is, al het andere is de schepping van het bewustzijn van dit subject (ontkenning van objectieve inzichten, waarden, waarheden).' (Duden-Fremdwörterlexikon)

Zoals Heinz het begrip hanteert, betrekt hij het niet zozeer op het IK, als uitgangspunt van het waarnemen en het oordelen; maar op het wel of geen 'zin' hebben van het subject; en dat kan immers voortdurend veranderen.

Politiek van de eerste persoon
Ik denk dat Heinz het begrip 'subjectivisme' met 'voluntarisme' verward, in begrijpelijke termen: het principe van 'zin hebben'. Dat betekent het niet na hoeven te komen van welke verplichting dan ook. De eisen die mensen gisteren nog aan anderen hebben gesteld, vandaag weer van de tafel vegen als ze iemand tot last zijn. En dat soort 'voluntarisme' is nou precies het tegendeel van het subjectivisme, dat ik als bepalend beschouw voor het autonome begrip van politiek.
Met 'subjectivisme' spreken we over de politiek van de eerste persoon. En daarmee bedoelen we dat we niet in plaats van anderen kunnen én willen handelen. Er is daarbij niets en niemand, op wiens opdracht en/of legitimatie we ons kunnen beroepen. Iedere rechtvaardiging voor ons handelen valt op onszelf terug en moet vanuit onszelf te motiveren zijn. En dat geldt voor elk individu. Dat komt overeen met de materialistische opvatting, dat de uiteindelijke motivatie om te handelen altijd gebaseerd is op eigenbelang.
Dat lijkt, op deze mnier omchreven, zeer sterk op de ideologie die de volledig geïsoleerde en machteloze maatschappijstructuur doordringt, waarvan wij deel uitmaken en waaronder wij te lijden hebben. Dat is echter maar schijn.
Want het eigenbelang is op gecompliceerde wijze met het belang van anderen verbonden. Solidariteit is, in overeenstemming daarmee, het ingrijpen in het conflict tussen anderen vanuit het besef dat het daarbij om de eigen belangen gaat. Deze motivatie onderscheidt zich volledig van degene die steunt op een moralistische eis, die door een groep wordt afgedwongen of die wordt gekocht door het beloven van een betaling in de toekomst.
Nou ga ik niet bij iedere gelegenheid na hoe gedrag, waartoe ik mij gedwongen voel, terug is te voeren op het behartigen van mijn eigen belangen. Ik denk dat vanuit het omgaan met belangen er zich zoiets als een bewustzijn ontwikkelt over wat recht en wat onrecht is. Dat bewustzijn wordt bepalend voor het gedrag. De erkenning van wat het eigen belang echt dient, ligt daarin besloten. Hoe meer dit rechtsbewustzijn door de eigen ervaringen en discussies bepaald is, en dus minder door vastgelegde en blindelings overgenomen waarden, hoe evenwichtiger het handelen in het leven van een van ons kan worden. Dat is de reden voor anti-autoritair gedrag.

Verantwoordelijkheid en Macht
Zo'n anti-autoritaire houding is de basis van de autonome beweging. Ze is echter een stap verder dan de anti-autoritaire beweging van twintig jaar geleden. Dit is in ieder geval zo in theorie: zowel de koppeling aan 'autoriteit' alsook de rebellie daartegen blijven in principe aan die houding gebonden. Slechts een daadwerkelijke poging tot zelfbestemming is een stap in de richting van de bevrijding. 'Autonoom' wil zeggen: eigen regels! Dat betekent dat de naam programmatisch is! Nu is de gangbare voorstelling (ook ik heb tot dusver geen andere gevonden) dat de weg naar zelfbestemming alleen gevonden kan worden in de strijd tegen de vervreemding. Dat heeft consequenties, waarop ik zo dadelijk nog terug zal komen.
Strijd tegen het geweld waarmee ik wordt geconfronteerd, impliceert strijd tegen elke aanspraak op heerschappij over mij. Dat betekent strijd tegen de eis van verantwoordelijkheid voor de macht voor mij, waarmee diezelfde macht wordt gerechtvaardigd. (Macht wordt praktisch altijd gemotiveerd met verantwoordelijkheid, respectievelijk met de machteloosheid van de overheersten om de verantwoordelijkheid voor zichzelf op zich te nemen.)
Met de aanspraak op zelfbepaling valt dus ook de verantwoordelijkheid op mij zelf terug, en wel volledig! Ik kan er niemand anders meer de schuld van geven als het slecht met me gaat. (Iedere politieke argumentatie die berust op de ontzetting over aangedaan geweld, legt de verantwoordelijkheid van anderen een stuk meer vast en dus ook de macht, waartegen zich de argumentatie eigenlijk moet richten!)
Betekent dat nu dat we als autonomen zelfkastijdigend altijd de oorzaak van alle shit bij ons zelf moeten zoeken? Allerminst: er bestaat een reëel verschil tussen 'oorzaak' en 'schuld'. Het achterhalen van de oorzaak van iets heeft als doel, passend handelen te ontwikkelen, om zich daar tegen te verdedigen. Anderen ergens de schuld van te geven betekent: door beroep te doen op een gemeenschappelijk rechtsbegrip een ander gedrag op te eisen (schuld komt van: iets verschuldigd zijn). Maar dan kun je lang wachten en jammeren.
Ik ben er van overtuigd dat je uiteindelijk alleen je eigen gedrag kan veranderen. De gedragsverandering van anderen is daar eventueel een reactie op. Dus ook bij de zelfbepaling valt de verantwoordelijkheid volledig op ons zelf terug.
Dat is ook de reden waarom 'voluntarisme' in deze context eigenlijk niet mogelijk is. Als ik de consequenties van mijn handelen altijd zèlf moet dragen, dan kan ik het me nauwelijks veroorloven om simpelweg toe te geven aan mijn lusten. Dat kan ik alleen maar als ik weet dat ik in twijfelgevallen het noodzakelijke aan anderen kan overdragen, dus als ik weet dat er nog steeds iets of iemand ná mij komt. Dat wil zeggen dat serieus genomen eigen verantwoordelijkheid ook zelfdiscipline met zich meebrengt.

Liefdevolle haat
Terug naar het punt, waar de zelfbestemming verloopt via de strijd tegen de vervreemding: de verhitste gevechten voeren we op dit terrein jammer genoeg tegen elkaar! Ik weet ook niet waarom, misschien omdat we elkaars meest voor de hand liggende doelwit zijn.
De zweem van een verwachting, ja, zelf een wat pijnlijke gezichtsuitdrukking wordt vaak ervaren als een 'eis', als een poging dus om ons de wil van anderen op te leggen.
Des te beter iemand, benadeeld door zo'n ervaring, zijn/haar wensen voor anderen probeert te verbergen, des te sluwer en dus potentiëel gewelddadiger lijkt voor hen de vermoede eis. De verdediging wordt dan ook niet meer uitgesproken, maar bestaat simpelweg uit een afwerende houding.
Zo maken we elkaar zwijgend af en bewegen we daardoor emotioneel vaak steeds verder uit elkaar. De meesten die bang zijn om hun vrijheid en zelfbestemming te verliezen door de wensen van anderen, missen de ervaring dat ze eenvoudigweg 'nee' kunnen en mogen zeggen. Dat brengt hen ertoe om tegen alles, wat ze in de situatie zou kunnen brengen, 'nee' te moeten zeggen, al op voorhand terug te meppen. Extreem gesteld: wat we de vluchtelingen tegenwoordig aan steun en zorg opdringen, ontzeggen we elkaar hardnekkig. Waar we op dit gebied alle moeite doen om begripsvol en solidair te zijn, worden we onder elkaar hard en onverschillig.
Om je in zulke verhoudingen staande te houden, moet je toch wel erg veel wilskracht opbrengen. Deze wilskracht heeft wederom te maken met duidelijkheid. Duidelijkheid over de eigen doelstellingen. Maar wie kan nou eigenlijk vanuit zichzelf doelen vinden en helder houden..?
Velen 'droppen' daarom 'out', zoals Heinz dat ook beschreven heeft. Te laat zien de anderen dat de vermeende pretenties niets anders waren dan kreten om hulp. Een andere consequentie is dat we het vermogen kwijt raken om in te kunnen voelen, wat pijn veroorzaakt.
Bij veel autonomen valt een eigenaardig verschijnsel waar te nemen: aan de ene kant zijn ze zeer brutaal in het toedienen van klappen, aan de andere kunnen ze die maar heel moeilijk incasseren. Wat dat - nauwkeuriger bekeken - precies voor oorzaken heeft, kan ik niet zo een-twee-drie hier uit afleiden, maar wat de gevolgen betreft...
Afgemeten aan hoe mensen zich aangevallen voelen door kritiek, komt het voor velen veel te zwak over om gewoon te zeggen: ik wil dat en dat niet, of ik vind dat en dat niet juist. De eigen mening wordt bewapend met bijtende ironie, met bombastisch woordgebruik, met donderende -, maar door iedereen erkende principes, enz. Het is verder werkelijk maar een kwestie van tijd tot de geestelijke klappen, die we elkaar voortdurend aandoen, omslaan in lichamelijke klachten.

Af- en aanhaken
Ik kan dus veel van Heinz' kritiek niet enkel onderschrijven, ik kan er zelfs een puntje aan toevoegen. Maar welke consequenties trekt Heinz eruit? Hij wil 'afhaken', zegt hij. Maar als hij gelooft dat hij kan afhaken, dan wil dat nog niet zeggen dat hij kan aanhaken.
De autonomen zijn geen organisatie. Autonomie is een verinnerlijkte houding. Wie eindelijk tot de overtuiging is gekomen om de verantwoordelijkheid voor zichzelf te dragen, zal daar moeilijk op kunnen terugkomen, zelfs als hij/zij daar aan twijfelt.
De manier waarop Heinz zijn kritiek naar voren brengt, laat zien dat hij in de autonome sien iets heeft gezocht wat deze niet is en wat zij vanuit haar zelfbewustzijn ook niet kan zijn: een politieke thuishaven, die kracht en oriëntatie geeft, die inspanningen met bescherming en geborgenheid beloont. Hij klaagt de autonome beweging aan alsof deze hem iets verschuldigd zou zijn, alsof deze hem iets had beloofd.
Hij probeert de sien aan te vallen, maar daar waar hij grijpt is enkel mist: alles valt terug op hemzelf. Nu zoekt hij een nieuwe (oude) belichaming van collectiviteit, die grijpbaar zou moeten zijn. Helaas is die natuurlijk alleen grijpbaar ten 'koste' van het naar zich toetrekken van verantwoordelijkheden. En dat betekent dat deze collectiviteit onderwerping moet eisen aan de heersende rationaliteit. Heinz wil zich dus, geschrokken van de kilheid van de vrijheid, terug laten vallen in de schoot van de autoriteit. Als hij daartoe in staat is, dan was hij in de autonome beweging werkelijk op de verkeerde plaats.
Maar inderdaad, een vrijheid die niets anders is dan hardheid en kilheid, die heeft ook niet echt iets aantrekkelijks. Maar ik geloof dat de verhoudingen zo niet volledig zijn beschreven.
Er bestaat een geborgenheid in de collectiviteit, ze gaat namelijk uit van de wil om zelf verantwoordelijk te zijn. En dit maakt haar tegelijkertijd mogelijk. De balans van het conflict in de autonome structuren, die tussen de individuen en de gehele pulserende kracht, dat is iets dat heel moeilijk theoretisch te grijpen is. Nog moeilijker, misschien zelfs onmogelijk is het om daar een veelbelovend gedragsmodel uit af te leiden. En ik denk dat het zich daarin op de lange duur alleen kan handhaven bij degenen die geen alternatief hebben.
Terug naar de kritiekpunten van Heinz. Ik heb gezegd dat ik ze voor een groot deel terecht vind. Ze zijn derhalve ook niet afgedaan met het principiële wat ik hier naar voren heb proberen te brengen. Maar hij zou toch op zijn minst moeten laten zien HOE er met de punten van kritiek dient te worden omgegaan. Als iemand de verhoudingen werkelijk wil veranderen en niet alleen maar een rechtvaardiging voor de eigen opgave zoekt, dan moet hij/zij zich zo lang hardnekkig het 'waarom?' afvragen, tot de kritische verschijnselen terug te voeren zijn op de kern van het foutief begrepen (of verschillende) belang. Dan valt daaruit ook af te leiden wat hij/zij doen kan.

Lotta

back